
Gesproken begeleiding
krijgen
Selecteer
Menu
>
Kaarten
en
Per auto
of
Lopen
.
Wanneer u auto- of voetgangersnavigatie de eerste
keer gebruikt, wordt u gevraagd de taal van de
gesproken begeleiding te selecteren en de
desbetreffende bestanden te downloaden.
95
Nok
ia K
aart
en

Als u een taal selecteert die straatnamen bevat,
worden ook de straatnamen uitgesproken. Gesproken
begeleiding is niet voor elke taal beschikbaar.
De taal van gesproken begeleiding wijzigen —
Selecteer in de hoofdweergave
Opties
>
Instellingen
>
Navigatie
>
Per auto-begeleiding
of
Te voet-begeleiding
en de juiste optie.
Wanneer u wandelt, kan het apparaat u naast
gesproken begeleiding ook helpen met piep- en
trilsignalen.
Piep- en trilsignalen gebruiken — Selecteer in de
hoofdweergave
Opties
>
Instellingen
>
Navigatie
>
Te voet-begeleiding
>
Piep- en
trilsignalen
.
De gesproken begeleiding voor autonavigatie
herhalen — Selecteer in de navigatieweergave de
optie
Opties
>
Herhalen
.
Het volume van de gesproken begeleiding voor
autonavigatie aanpassen — Selecteer in de
navigatieweergave de optie
Opties
>
Volume
.